Leo Platvoet

[ Start ] [ Contact ] [ Sitemap ] [Zoeken]

 

Odyssee Reisgidsen

Monarchie & Republiek 

Herman Gorter

GroenLinks

Een Ander Nederland

Gepubliceerde artikelen

Dualisme

Zuidelijke Kaukasus

Dinsdagboek

Eerste Kamer

Raad van Europa

Emancipatiemachine

Stappen door de Nieuwe Stad

PSP

Reisverslagen

BMC

 

 

Streets for people

 (Column, gepubliceerd in 'Het beste verbeterboek, architectuurherstel als cultureel ambacht', 

uitgeverij Thoth, 2008)

 

Het grootste deel van Amsterdam, grofweg gezegd binnen de A10, is gebouwd in autoloze en zéér autoluwe tijdperken. Wie ‘googelt’  in de beeldbank van het Stadsarchief ziet duizenden zwart-wit foto’s van straten, waar tot 1960 auto’s een bescheiden plek innemen. Waar straten worden bevolkt door fietsers, voetgangers, spelende kinderen en een enkele bus of tram. En waar de natuurstenen plint, de rechte rooilijn van het gesloten bouwblok en de vaak onverwacht sierlijke portieken het ritme van het straatbeeld dicteren. Zó hebben de architect en de stedenbouwkundige het bedoeld.

Sindsdien hebben auto’s als een horde blikken hangjongeren de straat langzaam maar zeker veroverd. Stoepen werden versmald, bomen omgehaald en huizen gesloopt om de auto doorgang te verlenen en zijn hangplek te gunnen. Uitlaatgassen sloegen neer in de longen en verkleurden de bakstenen puien. De historisch gegroeide, gelaagde stedenbouwkundige structuur werd overwoekerd door een hardnekkige, bewegelijke schimmel, geprezen om zijn economische potentie.

Maar aan elke hegemonie komt een eind door de tegenkrachten die zij zelf oproept. Wat de witte fiets, de Kabouters en het autoluwe referendum in 1992 niet voor elkaar kregen, kan nu gebeuren. De ijskap smelt, de zeespiegel stijgt, Al Gore grijpt zijn kans en in een mum van tijd vliegen de voorstellen je om de oren om de CO2-uitstoot drastisch te verminderen en de auto terug te dringen. Tot nu toe zijn het woorden. Ik geloof het pas als ik ze weer kan zien wanneer ik fiets door een willekeurige straat: de natuurstenen plint, de rechte rooilijn en het portiek.

Leo Platvoet