Leo Platvoet

[ Start ] [ Contact ] [ Sitemap ] [Zoeken]

 

Odyssee Reisgidsen

Monarchie & Republiek 

Herman Gorter

GroenLinks

Een Ander Nederland

Gepubliceerde artikelen

Dualisme

Zuidelijke Kaukasus

Dinsdagboek

Eerste Kamer

Raad van Europa

Emancipatiemachine

Stappen door de Nieuwe Stad

PSP

Reisverslagen

BMC

 

 

Monarchieën in Europa: Denemarken

Geen macht en weinig omstreden

(Dit artikel is gepubliceerd in De Republikein nr. 1 2006)

Het Kongerit Danmark is iets groter dan Nederland, maar is met 5,3 miljoen inwoners beduidend dunner bevolkt. Van alle Europese landen komt het qua landschap, volksaard (hoe riskant dit begrip ook moge zijn), welvaart, voorzieningenniveau, politiek temperament en demografische kenmerken het meest in de buurt van Nederland. Het is geen toeval dat Deense voetballers de minste aanpassingsproblemen hebben als ze in de Nederlandse Eredivisie aan de slag gaan. Deze overeenkomst geldt ook de staatsvorm: Denemarken is een constitutionele monarchie.

De Deense grondwet dateert uit 1953 en kent de Koning(in) ‘in alle zaken van het koninkrijk’ de hoogste macht toe, zij het dat deze macht wordt uitgeoefend ‘via de ministers’. De politieke macht is feitelijk in handen van parlement (de Folketing) en regering. Denemarken kent geen senaat. De 179 leden van de Folketing worden gekozen door een combinatie van districtenstelsel en evenredige vertegenwoordiging. Sinds 1909 heeft geen enkele partij de absolute meerderheid gehad; vanaf 1924 domineert de Sociale Democratische Partij de Deense politiek. Net als in Nederland moet een regering het vertrouwen van het parlement hebben. Evenals in de Nederlandse situatie is de koning onschendbaar (sacrosanct) en zijn de ministers verantwoordelijk. Ook is de koninklijke handtekening onder elke wet nodig, evenals de ministeriële krabbel. Er zijn nog meer overeenkomsten: formeel is de Deense koning hoofd van de regering en speelt de monarch een –weliswaar minieme- rol bij kabinetsformaties: hij of zij nodigt na verkiezingen de partijleider uit een regering te vormen die over de grootste steun in het parlement beschikt. Hoewel Denemarken als Westerse democratie de scheiding tussen Kerk en Staat –hopelijk ook na de cartoonaffaire- serieus neemt, is de grondwet daar niet helemaal van doordesemd, want de Koning heeft de constitutionele opdracht om evangelisch-luthers te zijn, een protestantse variant die volgens de statistieken ook door 95% van de Denen wordt aangehangen. Een ander verschil met de Nederlandse situatie is dat de Deense koning –op papier- nog steeds opperbevelhebber van het leger is. De huidige koningin Margrethe II bemoeit zich niet met de politiek en doet geen politieke uitspraken. Af en toe ontvangt ze de premier en de minister van buitenlandse zaken die haar bijpraten, maar anders dan Beatrix, die regelmatig ministers uithoort en de les leest in haar boudoir, laat ze het daar bij.

Een ander verschil met Nederland is dat het Deense koningshuis kan bogen op een eeuwenoude traditie die teruggrijpt tot in de 9de eeuw, als de oudste bronnen verhalen van koning Godfred, die ‘Danevirke’ sticht en een wal bouwt om zijn land te beschermen tegen invallen vanuit het zuiden, waar het aartsbisdom Hamburg in opkomst is. In het bestek van dit artikel laat de Deense geschiedenis zich niet beschrijven. Het is een aaneenrijging van conflicten en oorlogen met Zweden, Noorwegen, Engeland en Duitsland, waarbij deze landen, evenals Denemarken zelf, bestaan uit elkaar zwaar concurrerende vorsten, ridderbendes en machtsbeluste bisschoppen. In 1380 delen Denemarken en Zweden dezelfde koning, een situatie die tot 1814 zal voortduren. Ook Zweden zal een relatief korte periode (1389-1513) door deze koning worden geregeerd. Bij de Vrede van Kiel (1814) worden Noorwegen en Denemarken gescheiden. Als je de reeks koningen beschouwt die Denemarken hebben geregeerd, valt op dat er praktisch een rechte lijn teruggaat vanaf de huidige koningin Margrethe II tot Gorm de Gamle die in 940 koning was en in dat jaar werd opgevolgd door zijn zoon Harald Blauwtand. Anders dan bij de Oranjes hoeven geen genealogische kunstgrepen te worden toegepast. Van zoon op zoon wordt de troon overgeheveld, slechts een enkele keer onderbroken door een broer. Deze patriarchale lijn moet in 1387 worden doorbroken als de 27-jarige koning Olaf stierf en wordt opgevolgd door zijn moeder Margrethe. Het duurt tot 1972 eer er weer een vrouw de Deense troon bestijgt: Margrethe II. Dit dankzij de grondwet van 1952 die een vrouwelijke monarch mogelijk maakt.

Het Deense koningshuis bevindt zich de laatste decennia, zeker als jet het met de Britse of de Nederlandse collega’s vergelijkt, in tamelijk rustig vaarwater. Geen overspelige kroonprinsen of opa’s, geen Nazi-uniformen, geen bastaards, geen foute schoonvaders of corruptieschandalen. Maar de geschiedenis van de Deense monarchie is rijk aan bloedige en scandaleuze taferelen. Niet voor niets circuleerden er in de Scandinavische landen al vòòr dat Shakespeare zijn Hamlet schreef, verschillende oer-versies van dit Deense koningsdrama, vol erewraak, overspeligheid en brandstichting. Zo vermoordt Magnus, zoon van koning Niels (1103-1134) uit jaloezie zijn neef Knud, die door Niels tot hertog van Zuid-Jutland was benoemd. Gevolg: burgeroorlog, waarin de broer van Knud wraak neemt en Magnus vermoordt. Niels probeert te sussen, maar vindt ook de dood door Knud-aanhangers. In de 18de eeuw beleeft Denemarken een Gouden Eeuw in weerwil van de gesteldheid van drie achtereenvolgende vorsten: een psychoot (Christian VI), en alcoholist (Frederik V) en een zwakzinnige (Christian VII). Deze laatste Christian, die maar liefst 42 jaar ‘regeert’, trouwt onmiddellijk nadat hij als 17-jarige op de troon is gekomen met zijn 15-jarige Engelse nicht. Hij is ontoerekeningsvatbaar, heeft geen enkele opleiding, slaat diplomaten in het gezicht en gaat zich te buiten aan hoeren en jonge knapen. Zijn Duitse lijfarts Struensee slaagt erin kabinetschef te worden en zo de macht naar zich toe te trekken. Tussen de bedrijven door neemt hij ook de huwelijkse plichten van de koning waar. Struensee wordt door de halfbroer van de koning, Frederik, beschuldigd van een poging tot vergiftiging en terechtgesteld. Vervolgens laat deze Frederik het huwelijk van Christian ontbinden, zet zijn ex-schoonzuster het land uit en maakt zo de weg vrij voor een bestuur van Deense adel en –in 1784- van zijn zoon Frederik, de latere koning Christian VIII. En –het moet worden gezegd- deze is in alles het tegendeel van zijn gekke oom: erudiet, beschaafd, beminnelijk én knap.

Deze Christian VIII is dus een halfneef van zijn voorganger; maar twee afleveringen later wordt de rechte lijn weer gevolgd. Christian IX is van 1863 tot 1906 koning; hij is een kleinzoon van Frederik V, de alcoholist. Deze Christian is een behendige koppelaar: op zijn zomerverblijf Fredensborg feesten de Europese kroonpretendenten. Twee van zijn dochters hebben beet en trouwen met de Engelse koning Edward VII en de Russische tsaar Alexander III. Een zoon brengt het tot koning van Griekenland. De huidige koningin Margrethe II is zijn achter-achterkleindochter. Zij trouwt in 1967 met Henri Marie Jean André, graaf van Laborde de Monpezat, die na zijn huwelijk als Prins Hendrik door het leven gaat. Het paar heeft twee kinderen: kroonprins Frederik (1968) en Joachim (1969). Beiden trouwen, net als hun Nederlandse evenknieën, met gewone burgermeisjes: Frederik met de Australische Mary Donaldson, dochter van een in 1963 geëmigreerde Schots echtpaar, en Joachim met de half-Chinese Alexandra, die populair is omdat ze zeer snel vloeiend Deens spreekt. Overigens zijn Joachim en Alexandra in 2005 gescheiden.

De Deense koninklijke familie heeft het minder breed dan de Oranjes. De koningin krijgt een staatstoelage van ca 4 miljoen euro, waar ze ook haar paleis van moet onderhouden. Haar man vindt dat ze met een fooi worden afgescheept; in 1985 weigerde hij nog verder ziekenhuizen te openen, als hij daarvoor niet betaald zou worden. Maar hij moet natuurlijk wel iets om handen hebben. Hij zoekt het in de schrijverij. In 1981 vertaalt hij onder het pseudoniem H.M. Vejerbjerg Simone de Beauvoir’s ‘Tous les hommes sont mortels’ in het Deens. In 1982 gevolgd door een bloemlezing uit Franse gedichten. Zijn memoires publiceert hij al in 1996 en niet snel daarna vertrouwt hij zijn favoriete gerechten aan het papier toe onder de zeer on-Franse titel "Ikke Altid Gåselever" (Niet altijd ganzenlever). Hij heeft de smaak dan flink te pakken want daarna volgen nog meer dichtbundels en kookboeken. Toch ontsnapt ook hij niet aan het PGS, het prins-gemaal-syndroom. Zijn vlucht is terug naar Frankrijk, waar hij in de Cahors een landgoed annex wijngaard bezit. Een paar jaar geleden liet hij weten het Deense leven zat te zijn en zijn Franse Château de Cayx blijvend te prefereren boven het Deense koele klimaat. Dat werd hem niet in dank afgenomen; na enige overdenking restte hem weinig keus en keerde hij op zijn schreden terug.

Alom wordt de Deense monarchie als een puur ceremoniële formaliteit beschouwd, gespeend van iedere politieke macht. Het is dan ook niet zo verwonderlijk dat het Deense koningshuis zelden politiek in opspraak komt. Wie op internet zoekt, vindt wel enkele antimonarchistische Deense websites, maar deze overstijgen het niveau van particulier hobbyisme niet. Van een republikeinse organisatie of beweging is geen sprake. Rune Lund, parlementariër voor de Enhedslisten, een Rood-Groene Alliantie, stelt dan ook zonder omwegen dat de republikeinse beweging niet erg sterk is in Denemarken. ‘De belangrijkste opponenten van de monarchie zijn mijn partij, de Socialistische Volkspartij en de Sociaal-Liberalen. Van de twee grootste partijen, de Liberalen en de Sociaal-Democraten is een grote minderheid republikein, maar die maken daar verder geen punt van. De parlementariërs van de Enhedslisten wonen als enigen allerlei formele activiteiten niet bij zoals prinselijke trouwpartijen, koninklijke ontvangsten e.d. Van een publiek debat over de monarchie is nauwelijks sprake. In het parlement wordt jaarlijks wel gedebatteerd over de begroting van het koninklijk huis, maar een principieel debat over de monarchie mag dat niet worden genoemd.’

Leo Platvoet