Een familiegeschiedenis

[ Start ] [ Contact ] [ Sitemap ] [Zoeken]

 

Odyssee Reisgidsen

Monarchie & Republiek 

Herman Gorter

GroenLinks

Een Ander Nederland

Gepubliceerde artikelen

Dualisme

Zuidelijke Kaukasus

Dinsdagboek

Eerste Kamer

Raad van Europa

Emancipatiemachine

Stappen door de Nieuwe Stad

PSP

Reisverslagen

BMC

 

 

Een Familiegeschiedenis

familiefotooud.JPG (85080 bytes)

Inhoud:

* Inleiding

* Waar komt de naam Platvoet vandaan?

* De eerste vermeldingen van de familienaam Platvoet

* Familiewapen

* Platvoet in Enschede

* De maatschappelijke positie van de Platvoeten in Enschede

* Platvoet in Amsterdam

 Inleiding

Deze geschiedenis van de familie Platvoet is in 1987 door mij geschreven naar aanleiding van een trouwerij in mijn familie.

Er zijn echter nog zoveel vragen te beantwoorden, en vele bronnen zijn nog niet bezocht en onderzocht, dat het aannemelijk is dat verder onderzoek zal leiden tot een meer omvattender verhaal, maar om daar nu tijd voor vrij te maken...

Deze familiegeschiedenis is geen stamboomonderzoek. Er is getracht de vele aspecten die samenhangen met de familienaam Platvoet te beschrijven. Dat daarbij op aardige vondsten is gestuit, maakt het onderzoek alleen maar leuker.  Na de Tweede Wereldoorlog is het begrip 'stamboomonderzoek' begrijpelijkerwijs in een nogal kwade reuk komen te staan, omdat de Nazi's dit onderzoek van mensen eisten om aan te tonen dat zij geen 'joods bloed' hadden. Het gaat mij met name ook om andere zaken dan de 'Platvoet-stamboom'.  Zoals een antwoord vinden op de vraag: wat voor soort lui waren die Platvoeten in vroegere eeuwen? Een stukje sociale geschiedenis van de Platvoet-familie: dat is de opzet waarmee ik toen -in 1987-  ben aangevangen.

Mochten mensen kritiek, aanvullingen en nieuwe informatie hebben, dan hoor ik dat uiteraard graag. 

En Platvoeten kunnen zich melden bij Albert Platvoet die bezig is met de familiegeschiedenis van alle Platvoet-stromingen:

Hij heeft ook een prachtige website gemaakt, waarin onderstaand verhaal is geïntegreerd.

 

Waar komt de naam Platvoet vandaan?

Familienamen hebben in praktisch alle gevallen een reële betekenis. Ze kunnen aan een beroep ontleend zijn, aan de straat waar men woonde, van de voornaam van een vader afkomstig zijn enz.  Vaak wordt gedacht dat familienamen pas ingevoerd zijn in het begin van de 19de eeuw, aangezien op 18 augustus 1811 de Keizer van Frankrijk, Nederland was in die tijd door de Fransen bezet gebied, bepaalde dat iedereen een vaste familienaam moest hebben. Dat geldt niet voor de naam Platvoet, die werd al voor 1811 gebruikt, zoals verder in dit dossier zal blijken.

Waar komt nu de naam Platvoet vandaan?

Laten we allereerst eens kijken welke taalkundige betekenissen er zijn voor de naam Platvoet. Daartoe leent zich het best het 'Woordenboek der Nederlandsche Taal', deel 12, uit 1931, waarin de uitgebreidste omschrijving van 'platvoet' is aangetroffen.

platvoet

1) Een platte, breede voet

a) In 't algemeen: met zijn platvoeten maakte hij breede sporen in den weeken grond.

- Ook in eene andere toepassinge. Op zijn platvoeten loopen (eigenlijk: op den platten voet lopen), schertsend voor: loopen. Vergelijk het werkwoord Platvoeten.

'Ik heb al een uur op mijn platvoeten geloopen, zonder dat ik iemand heb ontmoet, Die my het huis van O. heit kunnen toonen!' (Langendijk).

b) In de geneeskunde: een voet die van onderen plat is, omdat door verzwakking der pezen de normale welving van den voet verminderd of verdwenen is, waardoor bij het loopen de geheele zool plat neergezet wordt. De uitholling aan de binnenzijde van de voetzool is verdwenen, er heeft zich een Platvoet gevormd. 'De oude heer heeft platvoeten' (Busken Huet).

- Ook als naam van een gebrek bij paarden. Zie het citaat: 'De Platvoet, zoo genaamd, omdat de voet plat en breed voorwaarts uitloopt, waarmede de Hoorn dan, zelfs van de kroon af, platagtig nederglooit. Een gebrek, dat.....dikwijls gevonden word by Paarden, die veel in 't zand loopen en arbeiden', (Berkhey).

c) De voet in de breedte genomen, een voetbreedte. Gewestelijk (b.v. in Deventer) als maat, bij het haasje-over springen. 'De jongen, die staat, mag als allen gesprongen hebben 'n vt (voetlengte) en 'n platvt verder gaan staan',

(Draaier).

2) Iemand die platte voeten heeft.

- Van personen. Iemand met platte of breede voeten. Plat-voet, plat-voetigh. Planipes & Plautus, Placus. 'Platvoet. Een die

groote voeten heeft', (Halma).

- Ook met betrekking tot dieren. (Alle) water-vogels zijn platvoeten, (Comenius).

- Figuurlijk. In toepassing op een lomperd, een botterik. Verouderd. Hy is een regte platvoet. C'est un vrai pied-plat, un gros boeuf, un cheval de carosse, un maroufle, (Halma). 't Is een platvoet, een loeris, een plompe vent. C'est un pied-plat, un bouvier, (Marin)

- Een liefhebber van de Haagsche Mercurius, voor wie te Londen een stuk gecomponeert werd tegens de jakhalzen en platvoeten, zullende de naam voeren van Scandalum Magnatum, begaan om dat sommige heerschzugtige niet kunnen gedoogen dat de Mercuriale aanmaningen de gehoorzaamheid aan de Hoog-Overigheid zoo sterk recommanderen, (Doedyns).

- Gewestelijk (b.v. te Gent) ook: laffe vleier (Schuerm, bijv.)

3) Als scheepsterm.

Benaming voor de vooravondwacht aan boord, van vier tot acht uur na den middag. Ook in 't Hoogduitsch, plattfuss, in 't Deensch Platfoden. De platvoet is de gemakkelijkste der scheepswachten en zal wel genoemd zijn naar het platvoeten, het heen en weer loopen, dat men daarbij doet.

Platvoet. Een Zeemanswoord. Premier quart qui se fait a' la chandelle sur un vaisseau, (Halma). Platvoet te scheep, de eerste wagt by de kaers, (Marin). De Platvoet heeft een end, en stuur-mans volk de wagt, (Selds. Walvisv). 'In de platvoet zagen wij een opperhoofd....aan het strand zitten', (Gids 1903). De korvet.....maakte in de "platvoet" klarigheid om onder zeil te gaan doch toen wij met zonsondergang enz.

4) Als benaming van planten.

a) Als volksnaam voor: groote weegbree. Plantago major L. (Heukels). Bij vergelijking van den breede bladeren met den vorm van een platten voet.

b) Als volksnaam voor: knoopige duizendpoot (Polygonum nodosum L) voor: perzikkruid (Polygonum Persicaria L), en voor: viltige duizendknoop (Polygonum tomentosum (Heukels). Ook roodbeen en

roodpoot geheeten.

 

Afleidingen: Platvoeten, platvoetig, platvoets.

Samenstellingen:

- platvoetei, hoop koeiendrek in het veld;

- platvoetspin, schimpend voor: Menschelijke spin met betrekking

tot ketters (Alzoo doen onse platvoet-spinnen, oock somtijts

mirakel, en wonderdinghen, David);

- platvoetwacht, hetzelfde als platvoet in betekenis 3.

('Platvoetwacht, Wacht aan boord van 4 tot 8 uur 's avonds',

(v. Lennnep); 'Bij 't begin van de platvoetwacht kwam Snoek,

die vrind was met Vis, nog eens bij den schipper', (Pim

Pernel);

- platvoetzool, losse zool ten behoeve van personen met

platvoeten ('Platvoet-en steunzolen'.

Tot zo ver dit woordenboek. Het citaat is niet voor 100% letterlijk overgenomen, hier en daar is de tekst iets aangepast om het beter leesbaar te maken.

Een ander spoor naar de herkomst van de familienaam Platvoet kan de topografische herkomst zijn. De familienaam Platvoet komt voor in het boekje 'Oost-Nederlandse Familienamen'. De informatie uit dit boekje, gevoegd bij de informatie uit een andere topografisch standaardwerk geeft de volgende betekenissen:

1. Er is een erve Platvoet bij Borculo en een voormalig buurschap Platvoet bij Deventer.

Is dit dezelfde plek waar wij uit de andere bron over lezen: 'gehucht in Zalland (Ov.), gemeente Zwollerkerspel. In de nabijheid van dit gehucht is den IJsseldijk in het jaar 1874 doorgebroken, waardoor geheel Zwolle tot een eiland gemaakt werd'?

2. Er is een erve Platvoet bij Aschenberg in Mnster (Duitsland).

3. In Dorkwerk, Hoogkerk (in de provincie Groningen) ligt de platvout, zoals de naam daar uitgesproken wordt, oftewel het Platvoetshuis, dit huis zal wel naar de eigenaar heten. 'Het Platvoetshuis plagt een staand redgerregt te zijn, behorende in den laatste tijd aan de Ommelanden.'

4. Tenslotte bestaat in Vlaanderen en in de omgeving van Duinkerken de naam Plaetevoet, waarmee een voorde (doorwaardbare plaats in beek of rivier) aangeduid werd.

Tot zover de topografische herleiding van Platvoet op grond van de beide genoemde bronnen.

Erg veel zekerheid geven deze bronnen niet over de herkomst van de familienaam Platvoet. Meer zekerheid kan pas verkregen worden indien het historisch onderzoek naar de familielijn verder in de tijd terug gaat.

De eerste vermeldingen van de familienaam Platvoet

Een systematisch doorvlooien van alle historische en genealogische bronnen heeft voor dit eerste 'Dossier Platvoet' nog niet plaatsgevonden. Het totnutoe verrichte speurwerk heeft het volgende opgeleverd. De eerste, oudste melding van de familienaam verwijst naar de 14de eeuw. In het tijdschrift 'de Wapenheraut' (jaargang 1902, blz. 223) is het volgende citaat te vinden. Het betreft een beschrijving van het geslacht De Witte uten Limminghe.

'Joncker Godfried of Govert de Witte, nam wraak over den moord zijn vaders en vluchtte uit Leuven naar de Meijerij in 1381. Hij was gehuwd met Jonckvrouw Aldegonda van de Poll van Isendoorn (volgens andere opgaven met Mechteld Platvoet, dochter van Jan en Mechteld van Dieve-Aerschot.'

Het echtpaar had drie kinderen.

Een tweede verwijzing naar de 14de eeuw van de familienaam Platvoet komt voor in het boek 'Oost-Nederlandse familienamen', waar onder Platvoet, naast de aardrijkskundige mogelijkheden van herkomst, ook vermeld staat: '..in de 14de eeuw vinden we in Deventer ene Roelf Platvotes knecht'.

In hetzelfde stukje wordt vermeld: 'In Limburg, bij Roermond, vinden we in 1462 en 1467 de familienaam Plat(t)voet'.

Uit de 16de eeuw meldt 'De Wapenheraut' (jaargang 1898, blz. 254) dat Maria van der Goes trouwt met een dominee Platvoet te Crvecoeur. Ze krijgen vier kinderen: Matthijs, Janneken, Adriaan en Samuel.

Rond 1600 leeft ook Petrus Plancius, een van de belangrijkste predikanten van zijn tijd. Naast theoloog is hij ook aardrijks-, zeevaarts- en sterrenkundige. Hij is gereformeerd predikant in Zuid-Nederland (1576-1585) en in Amsterdam (1585-1622) en een van de felste verdedigers van het rechtzinnig calvinisme. Hij is een veelzijdig mens: grondlegger van de cartologie in Nederland, maakte zeekaarten voor de route naar Indië in dienst van de Oostindische Compagnie (1602-1609) en gaf les aan schippers in de kunst van het kaartlezen.

In het 'Nieuw Nederlandsch Biografisch Woordenboek' (1918) zijn 4 pagina's aan zijn leven en werk gewijd. Waarom wordt dit hier vermeld? Zijn eigenlijke naam is 'Platevoet', die hij echter verruilt voor Plancius. Deze naamsverandering in het Latijn doen in die tijd veel mensen die daardoor meer tot een intellectuele bovenlaag gerekend willen worden.

Aan het slot van zijn levensverhaal in het Biografisch Woordenboek vinden wij de volgende informatie:

'Behalve deze familie Platevoet, die den naam Plancius is gaan dragen, is er ook nog een familie die zich Platevoet is blijven noemen. Een zekere Mattheus Platevoet stond 16 juli 1583, toen Parma die stad innam, te Duinkerken -volgens Janssen was hij in datzelfde jaar ook predikant te Hondschoote- en van 1583-1602 te Leiden; toen kreeg hij emiraat; in 1607 stierf hij. Een Nicolaas Platevoet heeft te Ostende gestaan. Een Elizer of Eleazar Platevoet werd 7 october 1587, als uit Sandwich afkomstig, ingeschreven in het album academicum te Leiden, disputeerde daar in juli 1592 over de Drieenheid en stond daarna te Noordwijk (1597-1606), te Oosterwijk (Z.H.-1606) en te Gorinchem (1608) Was deze wellicht een zoon van den in 1577 te Sandwich wonenden Mander Platevoet? (Vgl. J.H. Hessels, Ecclesiae Londino-Batavae, Archivum III (Canterbury 1897, no. 480). In 1604 rees er moeite tusschen hem en den heer van Noordwijk, Johan van der Does waarmee de particuliere synode zich toen nog heeft moeten bezighouden. In 1614 werd een zekere Samuel Platevoet gexamineerd om als predikant te gaan dienen op 't fort te Crevecoeur bij Heusden, waar hij gestaan heeft van 1614-1620. Vermoedelijk was deze een zoon van den genoemde Mattheus, predikant te Leiden. Als Leidensis werd Samuel toch, dertien jaar oud, aan de academie aldaar ingeschreven, 13 september 1601; de inschrijving van zijn vader volgde op den 18en dier maand. Als mede-ondertekenaar van het request tegen de benoeming van Vorstius tot hoogleeraar in de theologie werd hij in 1620 door curatoren berispt en toen hij weigerachtig bleef zijn leedwezen over het gebeurde te betuigen, uit het Statencollege ontslagen.'

Interessant aan dit citaat is dat Samuel Platevoet, predikant te Crevecoeur, wordt genoemd, die in daarvoor vermelde bron (De Wapenheraut) opgevoerd wordt als ds Platvoet, predikant te Crvecoeur, een fort bij Heusden (Noord-Brabant of België). Dat moet welhaast dezelfde zijn, alleen is de naam van Platevoet verandert in Platvoet.

Op dit moment is niet duidelijk of en in hoeverre deze predikantentak verbindingen heeft met de 'Enschedese' tak, waarover verderop meer.

Uit de 17de eeuw komen drie meldingen van de naam Platvoet.

In 'De Wapenheraut' (jaargang 1914, blz. 226) staat vermeld dat op 12 oktober 1608 Dymphna de Wilde in het huwelijk treedt met David Tenier. Deze Dymphna is de dochter van Phillipina Dolyns en Cornelis Hendrickssone de Wilde, alias Platvoet.

In de Civiele Processen van het Hof van Gelderland komt ene Goossen Platvoet voor, burgemeester van Eibergen.

Op 21 september 1656 wordt in Overijse (Belgi) Jodocus gedoopt, zoon van Martinus Casper en Catharina Platvoet.

De 18de eeuw brengt ons tenslotte op het spoor van de -op dit moment- oudste stamvader in de Platvoet-lijn.

Eerst moet nog een andere naammelding gesignaleerd worden. Op 20 mei 1781 trouwt Margaretha Platvoet (dochter van Anthonie Hendrik Platvoet en Maria Dilis) met Johannes Theodorus Vogels, van beroep geneesheer te Vogelenzang. Margaretha is op 5 april 1755 te Overveen gedoopt. In mei 1782 wordt een zoon, Willem geboren. (bron: 'Het Aloude Geslacht Vogels' van A.M.C.M. Vogels, 1917)

Eerder in die eeuw vindt er ook een huwelijk van een Platvoet plaats. Op 26 oktober 1743 trouwt (Egbert?) Josephus Platvoet met Anna Catharina Niehues in het dorpje Nienborg, dat in die tijd in Pruissen ligt, nu Duitsland, 15 kilometer ten zuidoosten van Enschede. Zijn beroep is kuiper en deze (Egbert?) Josephus Platvoet is op dit moment de oudst bekende stamvader, nu negen generaties terug.

Er worden, voor zover bekend drie kinderen geboren: Gerrit (18 juli(?) 1744), Bernardus (1747) en Hendricus.

(Egbert?) Josephus Platvoet overlijdt op 20 april 1789 te Nienborg.

Zijn zoon Gerrit verhuist in ieder geval naar Enschede en is daarmee een (of de) grondlegger van de familie Platvoet die in Overijssel, en dan vooral Enschede, zal uitdijen.

In de administratie van de RK-kerk te Nienborg, waar de gegevens van (Egbert) Josephus uit zijn ontleend, wordt Platvoet ook geschreven als Platfoet en Plattfuet. Elders, zoals hiervoor al vermeld, worden ook schrijfwijzen aangetroffen als Platevoet, Platvotes en Plattvoet. Aangenomen wordt dat al deze verbasteringen uitkomen bij 'Platvoet'.

Familiewapen

Het is de droom van menig familie-onderzoeker om in het verre verleden een adellijke voorouder of een familiewapen op het spoor te komen.  Al lijkt het ook aardig een onvervalste struikrover als voorouder te hebben. Hoewel... de meeste adel is zo begonnen!

Er is een wapen, dat bij de familienaam Platvoet hoort. In de collectie van de familiewapenverzamelaar R.T. Muschart, dat berust bij het Centraal Bureau voor Genealogie. In die collectie vond ik een verwijzing naar een wapen van de familie Platvoet. Dit wapen staat afgebeeld in het manuscript 'drieduizen wapens etc', dat eigendom is van het Rijksmuseum Meermanno-Westreenianum te Den Haag. Dit wapen staat op de omslag van dit Dossier afgebeeld. Volgens de aantekeningen van Muschart behoort het wapen wellicht toe aan 'Platvoet, predikant te Crvecoeur'. Maar hij noemt m.i. deze mogelijkheid alleen, omdat hij de naam Platvoet in de Wapenheraut van 1898 tegenkomt; hetzelfde nummer wat hierboven wordt genoemd.

Enige zekerheid over aan wie dit wapen heeft toebehoord is er op dit moment niet te geven.

Het wapen is een zogenaamd Sint Andries- of Andreaskruis. Het wordt ook wel een schuin- of maalkruis genoemd. Het kruis is van oudsher een magisch symbool, dat haast uitsluitend als een christelijk teken wordt gevoerd.

Het getande kruis is zilver met een azuurblauwe ondergrond. Dit betekent dat het van oorsprong heeft toebehoord aan St. Andrew, de eerste Schotse aartsbisschop.

familiewapen.JPG (115601 bytes)

Over het antwoord op de vraag waarom en welke Platvoet dit kruis heeft gevoerd, kan alleen gespeculeerd worden. Is het de predikant die uit Sandwich kwam? Of heeft het te maken met de Belgische gemeente Sint Andries, die in 1970 bij Brugge is gevoegd?

Overigens maakt Muschart melding van nog een Platvoet- familiewapen, dat in het gemeente-archief van Amsterdam aanwezig zou moeten zijn. Naspeuringen hebben tot op dit moment niets opgeleverd.

Platvoet in Enschede

Met de komst van Gerrit Platvoet naar Enschede, in ieder geval voor 1795, wordt de basis gelegd voor het groeiend aantal Platvoeten in Enschede. Blijkens de doop-, trouw- en overlijdensregisters van Enschede zijn er in de periode 1810 - 1890 83 baby's geboren met de familienaam Platvoet, 16 huwelijken gesloten waarbij een partner deze naam draagt en 47 sterfgevallen van een Platvoet geregistreerd. 

In dit hoofdstuk wordt de zogenaamde stamreeks beschreven die uitmondt bij mijn familie.

Gerrit Platvoet woont blijkens de volkstelling van 12 oktober 1795 met een gezin van 9 mensen op de Gronouwschestraat nr 270. Deze straat bestaat nog steeds en verbindt Enschede met de Duitse stad Gronau. Het huis lag 'buiten de Eschpoort' en dus buiten het oude, in die tijd ommuurde(?) centrum van Enschede. Gerrit Platvoet, evenals zijn vader, kuiper: een vaten- en tonnenmaker. Hij is getrouwd met Catharina Robers. Ze hebben blijkens de volkstelling van 1795 in dat jaar 7 kinderen. Een van hen is Jan Josephus, die in 1776 is geboren.  Gerrit Platvoet overlijdt op 25 februari 1825 op 81-jarige leeftijd. Zijn overlijden wordt op het gemeentehuis aangegeven door Pieter van de Leede (katoenspinner, 36 jaar) en de 34-jarige kleermaker Jan Everwijn Wenning. Bij zijn overlijden woont hij nog steeds op de Gronouwschestraat nr 270.

Jan Josephus Platvoet is twee keer getrouwd geweest: met Henrica Reef en Johanna Carolina Katharina Blom. Dit tweede huwelijk voltrekt zich in 1834, uiteraard in Enschede. Jan Josephus is dan 58 jaar. Van hem weten we, evenmin als van zijn vader en grootvader, niet erg veel. In 1809 wordt uit het eerste huwelijk Karel geboren. De overlijdensakte geeft wat informatie. Jan Josephus overlijdt op 31 mei 1854 op 78-jarige leeftijd. Hij is dan al voor de tweede keer weduwnaar. Zijn overlijden wordt aangegeven door Bernard Joseph ter Braak, van beroep wieldraaier en 73 jaar oud, en Jannes Robers, schoorsteenveger en 69 jaar oud. Deze Jannes heeft dezelfde achternaam als de moeder van Jan Josephus. Wellicht een neef? Bij zijn overlijden woont Jan Josephus op de Achterstraat 691. Dat is een oude straat in het hartje van Enschede, waarvan de benaming in 1603 is vastgesteld. In 1905 is de naam gewijzigd in Stadsgravenstraat en zo heet het nu nog steeds.

Karel Platvoet trouwt in 1844 met Geertruda ter Langeler. Deze, 'zijn huisvrouw' bevalt op 10 mei 1845 van Hendrik Jan. Zij is dan 26 jaar oud en 'zonder beroep'. De geboorte van de kleine wordt ten stadhuize aangegeven door twee getuigen en de vader. De twee getuigen (beiden dagloners) konden de geboorteakte niet ondertekenen; zij verklaren aldus de akte 'geen schrijven geleerd te hebben'. Karel Platvoet blijkbaar wel, want hij ondertekent de akte. Bij de geboorte van deze zoon geeft hij als beroep tuinier op. Dat is hij blijkbaar zijn hele leven geweest, want ook de overlijdensakte spreekt van 'tuinman'. Karel sterft op 5 januari 1872, 62 jaar oud. Zijn overlijden wordt aangegeven door Gradus Nijhof, een 47-jarige landbouwer, en Lucas Gerhardus Hartgers, een 46-jarige fabrieksarbeider. Hij is dan al weduwnaar en woont op de Oldenzaalschestraat wijk C.

Hendrik Jan Platvoet trouwt op 13 mei 1875 (hij is dan net 30 jaar geworden en heeft als beroep fabrieksarbeider) met de 29- jarige Jacoba Aleida Tnis, ook van beroep fabriekarbeidster. Blijkens de (standaard) huwelijksakte is er 'geene stuiting tegen het voorgenomen huwelijk ons bekend' en kunnen de huwelijkskandidaten dus verklaren dat 'zij elkander tot Echtgenooten aannemen en getrouwelijk al de pligten zullen vervullen, welke door de Wet aan den Huwelijksen Staat verbonden zijn'.  Op 5 januari 1880 schenkt Jacoba, dan zonder beroep, het leven aan 'een kind van het mannelijke geslacht hetwelk de voornamen zijn gegeven van Wilhelm Karel'. Zoals gebruikelijk bevalt zij thuis aan de Veenstraat, wijk C. De vader, dan 34 jaar oud, is nog steeds fabrieksarbeider. Bij de aangifte van de geboorte van de nieuwe telg neemt hij twee getuigen mee die eveneens tot het grote leger der proletariërs behoren: Jannes Schildkamp (34 jaar) en Jan Scholten (32 jaar), beiden eveneens fabrieksarbeider. Ook deze getuigen kunnen niet schrijven. Hendrik Jan trouwt in 1885, hij is dan 40 jaar, voor de tweede keer met Johanna Kleisman. Hij overlijdt op 1 juni 1905. (Hij heeft een opmerkelijke voorkeur getallen die eindigen op 0 of 5.) Hij is dan 60 jaar, volgens de overlijdensakte nog steeds fabrieksarbeider en woont met zijn tweede vrouw aan de Reudinkstraat. Zijn overlijden wordt aangegeven door Johannes Bernardus Overmaat (57 jaar en klompenmaker) en de 34-jarige meubelmaker Albertus Christiaan ter Pelle.

Wilhelm Karel Platvoet, mijn grootvader, zal na vier generaties Enschede verlaten. Wanneer dat precies gebeurt is nu nog niet bekend. In de periode 1906/1907 woont hij blijkens het adresboekje van Enschede op de Kalanderstraat 12, nu een drukke winkelstraat in het centrum van Enschede. Zijn beroep is slager. Op 29 april 1912 trouwt hij -32 jaar oud- in Bussum met de ruim 10 jaar jongere Geertruda Wortel, een Bussumse van geboorte. Ze krijgen vijf kinderen: Hendrik (1913), Gubertus (1915), Geertruida (1916), Antonius (1918) en Jacoba (1924).  Het gezin woont op de Bijlstraat 48 en het Josephpark 16 (thans De Peppels 16). Wilhelm Karel heeft in Bussum als slager o.a. gewerkt bij Slagerij Jens in de Kapelstraat, 'oudste Bussumsche varkensslachterij', zoals nog steeds op de gevel staat vermeld. Hij overlijdt op 24 mei 1930 op 50-jarige leeftijd.

Mijn vader, Gubertus Josephus (Gerrit) Platvoet trouwt op 6 augustus 1941 met Maria Helena Ruiters (geboren 1 augustus 1918 te Naarden). Gerrit is dan postbode, Maria werkster. Het jonge echtpaar trekt in een bovenwoning op de Driestweg 7a. In 1946 wordt verhuisd naar de Dr. J. Th. de Visserlaan 6 en in 1965 naar de Imkerweg 28. Steeds in Bussum. Uit het huwelijk worden drie kinderen geboren: Wilhelmus (1946), Maria (1949) en Leonardus (1951). In 1947 (?) verandert Gerrit van werk en wordt ambtenaar bij de afdeling Bevolking van de gemeente Bussum, waar hij tot aan zijn dood (op 18 december 1968, hij overlijdt tijdens zijn werk) zal blijven werken.

De maatschappelijke positie van de Platvoeten in Enschede

In Enschede hebben de Platvoeten steeds dicht bij elkaar gewoond: in het zuidoostelijke deel van de stad. De indruk bestaat dat men behoorlijk honkvast was en weinig verhuisde. Het karakter van de buurt waarin de meesten woonden kan het best omschreven worden als: ambachts- en arbeidersbuurt aan de rand van de oude stad, rond de stadsmuur.

De Platvoet-familie die in Enschede ontsproten is, is katholiek. De gegevens van de 'stamvader' (Egbert) Josephus zijn gehaald uit het kerkregister van de RK-kerk in Nienborg. Het doornemen van de kollektie bidprentjes en familieadvertenties van de familienaam Platvoet in het Centraal Buro voor Genealogie laat daar ook geen twijfel over bestaan. Allen worden katholiek begraven. Een aantal heeft de oude dag doorgebracht in het rusthuis St. Josef te Delden. Religieuzen en priesters ontbreken er evenmin, zoals in de tijd van de groeiende emancipatie van het katholieke volksdeel te verwachten is.

Op 15 augustus 1936 overlijdt Marie Candida Platvoet, religieuze, lid van de Congregatie der zusters van de H. Maagd Maria. Zij werd op 21 oktober 1877 te Enschede geboren.

Op 30 augustus 1939 overlijdt te Tilburg de eerwaarde zuster Maria Agatho, geboren op 11 juli 1875 te Enschede als Catharina Christina Platvoet. Zij was lid van de congregatie O.L. Vrouw Moeder van Barmhartigheid.

Op 11 februari 1961 wordt ene Jan Platvoet tot priester gewijd in Oldenzaal, als lid van de sociëteit van de Afrikaanse missiën.

Op 13 oktober 1967 overlijdt Gerardus Johannes Platvoet, 1ste pastoor van de Goede Herder Parochie te Laren (N-H) op 59-jarige leeftijd, na een 34-jarig priesterschap.

Uit de beroepen die de Platvoeten zoal hebben uitgeoefend is te concluderen dat de Enschedese tak uitsluitend bestaat uit geschoolde en ongeschoolde handarbeiders. Kuiper (2x), tuinman, fabrieksarbeider: dat zijn de beroepen van de hiervoor genoemden. Uit de beroepen die de diverse getuigen bij geboorte- en overlijdensaangiften opgeven, blijkt dat men ook kennissen en buren had, die soortgelijke beroepen uitoefenen.

Uit de adressengids van Enschede uit 1906/1907 staan achter de namen Platvoet de volgende beroepen vermeld: fabrieksarbeider (4x), rijwielhersteller, ijzerdraaier, koopman en tapper, timmerman, meubelmaker, voerman, smid, fabrieksbaas, stoffeerder, huisschilder, schoenmaker, winkelier en slager.

Deze opsomming toont aan dat de Platvoeten meestal ambachtelijke beroepen uitoefenden. Geschoolde handarbeiders dus, die meestal meer ontwikkeld waren dan ongeschoolden. Opvallend is dat de hiervoor genoemden de schrijfkunst machtig waren, enkele getuigen daarentegen niet.

Niet onvermeld mag deze -ongedateerde- advertentie blijven:

Op 14 augustus overleed onze trouwe tuinknecht Karel

Platvoet, die jarenlang op Schuttersveld gediend heeft.

H.A. van Heek

 

Schuttersveld was het landgoed van de familie Van Heek, de machtigste textielbaronnen in Twente.

Over de maatschappelijke positie die de familie Platvoet innam is weinig te zeggen. Van Johannes Gerrit Platvoet (1875-1955) is bekend dat hij een 'werkzaam aandeel' had in bevordering van het maatschappelijk katholiek leven. In het boek van de geschiedenis van de katholieke arbeidersbeweging in Twente wordt één keer een Platvoet als verdienstelijk katholiek arbeider genoemd. Gubertus Platvoet (1915-1968) heeft in Bussum een actieve rol gespeeld in vele katholieke organisaties (KVP -o.a. gemeenteraadslid-, Katholieke Arbeiders Beweging, woningbouwvereniging St. Jposeph). Verder bronnenonderzoek in Enschede zelf zal wellicht meer informatie op dit punt opleveren.

 

Platvoet in Amsterdam

Naast de predikanten-tak Plat(e)voet en de Enschedese tak Platvoet is er ook nog sprake van een Amsterdamse tak.

In 1811 moeten mensen die nog geen familienaam hebben een familienaam aannemen. Per gemeente moeten 'registers van naamsaanneming' worden aangelegd. Vooral in de noordelijke provincies hebben velen geen familienaam, alsmede de joodse inwoners. Voor zover bekend heeft iemand in één geval de naam Platvoet aangenomen: op 22 januari 1812 wordt in Amsterdam de akte opgemaakt door een ambtenaar van de Burgerlijke Stand waarin Marcus Salomon, een joodse Amsterdammer, verklaart 'Platvoet' tot familienaam aan te nemen. Als voornamen laat hij vastleggen Marcus Salamon. Marcus woont in de Batavierenstraat en heeft drie dochters (Marietje, 20 jaar; Judith van 14 en Hesjia, 9 jaar) en twee zonen (Salomon van 16 en Daniël, 11 jaar) die vanaf dat moment ook de achternaam Platvoet dragen.

De verdere lotgevallen van deze joodse tak moeten nog onderzocht worden.

In het begin van de 19de eeuw is er in ieder geval nog een andere familie Platvoet in Amsterdam, die zo bestaat het vermoeden, van de Enschedese loot afkomstig is. Uit huwelijks- en geboorteadvertenties valt het volgende op te maken. Op 27 januari 1805 wordt in Amsterdam Nicolaas geboren, zoon van Maria Johanna de Reuver en Gerrit Platvoet. Zijn moeder sterft elf dagen later aan de zinkingkoortsen. Nicolaas overlijdt op tweejarige leeftijd aan de zinkingziekte. Dit is een ziekte waarbij 'kwade' stoffen naar een lichaamsdeel trekken en dit pijnlijk aandoen. Vader Gerrit hertrouwt met F. Reijns. Hij heeft een bedrijf 'Platvoet en Compagnie' op de Prinsengracht, bij de Vijzelgracht. Wat voor een bedrijf hij heeft, is onbekend. Wel verschijnt er op 13 augustus 1823 de volgende advertentie in de Amsterdamsche Courant:

 

HAGELGIETERIJ ONVERWAGT

De ondergeteekenden hebben de eer te berigten, dat door hen is opgerigt eene hagelfabriek, gelegen in de Haarlemmer Houttuinen bij het Teerplein, No 2504, genaamd Onverwagt, alwaar te bekomen zijn alle soorten hagel.

Nieuwenhuijsen en Platvoet

 

Op 17 juli 1830 overlijdt hij op 53-jarige leeftijd aan een 'subiet toeval', zoals de advertentie vermeld. Onverwach(g)t dus, maar dat is dan ook de enige overeenkomst met bovenstaande advertentie. (Op 18 december 1968 zal naamgenoot Gerrit Platvoet, ook 53 jaar oud, eveneens plotseling sterven.)

Echter, al op 7 augustus 1828 is ene Jan Platvoet getrouwd met ... F. Reijns. Is dat dezelfde vrouw waar Gerrit mee getrouwd is en zijn zij dus gescheiden? Wij weten het (nog) niet.

De vader van Jan, eveneens Jan genaamd, sterft op 28 april 1837 op 85-jarige leeftijd te Amsterdam. Jan Platvoet en F. Reijns krijgen in de periode 1829-1844 in ieder geval 9 kinderen. Drie worden er in Amsterdam geboren en zes in Dalfsen waarheen het echtpaar in 1832/1833 heen verhuist. Twee kinderen overlijden snel na de geboorte: aan stuipen en kinkhoest. De kindersterfte was hoog in de vorige eeuw!

Zoon Willem-Jan overlijdt in 1865 op 26-jarige leeftijd aan boord van de 'Azia', waarop hij 2de stuurman is, op de terugtocht van Java.

Scheidingen, vroeger als een 'schande' beschouwd, kwamen niet vaak voor. Maar de familie Platvoet blijft er niet van 'verschoond'. Op 3 maart 1911 spreekt de arrondissementsrechtbank in Amsterdam de echtscheiding uit tussen Maria Adriana Cornelia Noordeloos en Pieter Klaas Platvoet, die bij de uitspraak niet aanwezig is.