Leo Platvoet

[ Start ] [ Contact ] [ Sitemap ] [Zoeken]

 

Odyssee Reisgidsen

Monarchie & Republiek 

Herman Gorter

GroenLinks

Een Ander Nederland

Gepubliceerde artikelen

Dualisme

Zuidelijke Kaukasus

Dinsdagboek

Eerste Kamer

Raad van Europa

Emancipatiemachine

Stappen door de Nieuwe Stad

PSP

Reisverslagen

BMC

 

 

De mengvorm van de Europese Unie

debat over de Staat van de Europese Unie 13 maart 2007

 

Een nieuw kabinet, met een interessante samenstelling wat betreft de EU: uitgesproken voor (CDA/PvdA)- en tegenstanders (CU) van de grondwet.  Ligt voor de hand dat dit Europadebat voor een belangrijk deel aan de EU-voornemens van dit kabinet is gewijd zoals deze zijn neergedaald in het coalitieakkoord.

Grondwettelijk verdrag

Het grondwettelijk verdrag zal volgens het coalitieakkoord ‘in inhoud, omvang en benaming overtuigend’ moeten onderscheiden van het verworpen verdrag. Benaming, ach, ‘what’s in the name’, maar ‘grondwet’ is vanaf het begin een onhandige naam geweest. Omvang? Ja. Zowel het 2de (grondrechten) als het 3e (beleids) kan er uit. Het grondrechten deel is overbodig, als de EU ondertekenaar wordt van het Europees Verdrag van de Rechten van de Mens (EVRM), waarmee het Unierecht in eenzelfde positie komt als nationale wetgeving. Getroost het kabinet zich –zoals toegezegd- nog extra-inspanningen om hier vaart me te maken? Het beleidsdeel is altijd een onding geweest, wat de tegenstanders een fraaie grabbelton bood om tegenstand te mobiliseren. Blijven 25 blz over waarin de bevoegdheden, de democratische architectuur, de financiën en het lidmaatschap van de EU zijn geregeld, inclusief het laatste artikel 60, ‘vrijwillige terugtrekking uit de Unie’. Wat moet hierin gewijzigd worden? De belangrijkste inhoudelijke onderscheiding waar het coalitieakkoord op doelt kan toch alleen de drastische vermindering van de omvang zijn? De ‘Vrienden van de Grondwet’ een soort nieuwe ‘coalition of the willing’ –wel van het meer vreedzame soort- dan wel ‘de bende van achttien’ is één keer in Madrid bijeen gekomen. Duitsland heeft verhinderd dat er een vervolgbijeenkomst kwam waarop verder samengespannen zou worden tegen Frankrijk en Nederland. Er zal bewogen moeten worden. Door de Nee-zeggers en de Ja-zeggers. Het vorige kabinet heeft als een verlamd konijn naar de felle uitslag van het referendum gekeken. Wat is de opvatting van dit kabinet? Welke opvatting is er over omvang en inhoud  van het grondwettelijk verdrag? Wat is het signaal dat toch tijdig aan EU-voorzitter Duitsland wordt gegeven? En dan de intrigerende passage over de Raad van State; die wordt om advies gevraagd over de verdragswijziging. Da’s mooi. Maar wat wordt de Raad van State precies gevraagd? En op welk moment? Vorige keer was het advies van de RvS  een extra-steun voor de referendum-indieners. Blijft deze regering ook afwijzend t.a.v. een nieuw referendum als het advies van de RvS dezelfde richting op gaat?

Uitbreiding

Over uitbreiding is het coalitieakkoord terughoudend. Eerst alles op orde krijgen met de laatste 12 uitbreidingen, en de huidige kandidaat-lidstaten (Turkije, Kroatië en Macedonië) krijgen pas een toetredingsdatum te horen als ze aan de Kopenhagencriteria voldoen. Is op zich prima. Had eigenlijk ook voor de 12 moeten gebeuren. En nooit meer toetredingen tegelijkertijd in één verdrag willen regele. Ieder land apart. Crux zit hem in nieuwe kandidaat-lidstaten. Die worden allereerst een wordt van partenariaat voorgehouden. Wat is het verschil met het bestaande voorportaal., Stabilisatie- en Associatie Proces, dat met landen in de Westelijke Balkan is overeengekomen? Staatssecretaris Timmermans noemt in het NRC van 1 maart Oekraïne en Wit-Rusland partenariaat-partners. Pardon, Wit-Rusland? Een land dat niet eens lid van de Raad van Europa mag zijn, vanwege de beroerde mensenrechten en democratie-situatie? Met welk doel zou de EU een strategische alliantie met Wit-Rusland aan moeten gaan? En moet Zwitserland ook eerst een partenariaat zijn of wordt dit land onmiddellijk via de voordeur binnengelaten? Waar het natuurlijk om gaat is of de regering bereid is nieuwe kandidaat-lidstaten te accepteren, conform art 58 van de concept-grondwet en met in acht neming van de stringente hantering van de Kopenhagencriteria. GroenLinks ziet niets in tweede-rangsleden die bijv. wel in de economische en strategische invloedsfeer van de EU komen – en daar wellicht ook willen blijven, omdat ze zich dan niet hoeven in te spannen om op het gebied van democratie, mensenrechten en rechtstaat aan de gestelde criteria te voldoen. Vindt het kabinet dit met mij niet gewenst? Dus: wat is de diepere bedoeling van dat partenariaat?

EU en draagvlak

Vorige kabinet heeft niets gedaan aan versterking draagvlak van de EU onder de bevolking als les die getrokken kan worden uit het referendum. Wat gaat deze regering daar aan doen? Eerste geluiden daarover stemmen weinig hoopvol. Zo wil de staatssecretaris allerlei maatschappelijke organisaties bij het Europadebat betrekken. Tsja, daar bereik je de eurosceptici niet mee. Maar eerst zal de vraag beantwoord moeten worden: voor welke EU wordt er draagvlak gezocht? Pas als de inhoud duidelijk is, kun je er aan werken om de steun, het begrip, de sympathie ervoor te vergroten. Geen bescheidenheid om de grote voordelen uit te venten (vrede, milieu, tegenmacht tegen monopolies, ontwikkelings-, democratiserings- en mensenrechtenproject voor veel jonge lidstaten). Maar om er nu naar te streven om afspraken te maken over de ‘verenigbaarheid van de interne markt-gedachte (sic) met de inrichting van publieke voorzieningen (o.a. pensioenen, sociale zekerheid, fiscaliteit, onderwijs en gezondheidszorg)’: typisch zo’n formulering die vooral vragen – en problemen-  oproept. En waarmee het draagvlak van de EU niet wordt verbreed, maar eerder versmald. Ziet dit kabinet in dat het fundamentalistische geloof in marktwerking en liberalisering het draagvlak onder EU niet heeft verbreed, maar versmald? Denkt de regering dat opvattingen van de Europese Raad van afgelopen weekend in Brussel, zoals vastgelegd in de Presidency Conclusions, bijdrage aan versterking van dat draagvlak. En dan doel ik op zaken als volledig vrije markt voor gas en elektriciteit, liberalisering van de posterijen-markt?

Perspectief van de EU

Onze ‘eigen’ Nationale Conventie zegt zinnige dingen over het perspectief van de EU. Dat een door sommige gewenste federatie of Statenbond met het huidige gezelschap van 27 zulke verschillende lidstaten niet alleen een utopie, maar ook onwenselijk is. Om nog maar te zwijgen over verdere uitbreiding met bijv. Turkije. Het concept van een verbond tussen Europese Staten (pre-ambule 50 jaar oude Verdrag van Rome) is nog steeds –zelfs meer dan ooit- houdbaar. En dat betekent: revitalisering subsidiariteit, versterking rol nationale parlementen (vastleggen schiftingsrol van parlement voorgenomen EU-wetgeving, strakkere binding van ministers, dus t.o.v. Europese Raad) en ook een versterking van de positie van het Europese parlement (t.o.v Commissie). Ook het coalitieakkoord legt nadruk op de intergouvermentele en interparlementaire dimensies van de EU: dat lijkt een reactie te zijn op de maatschappelijke scepsis t.o.v. de EU. Zie ik dat goed? Tegelijkertijd doet dat de vraag rijzen hoe het kabinet dan aan kijkt tegen de versterking van het communautaire aspect dat toch ook onverdroten voortgaat. Zie de conclusies van afgelopen weekend. Zie belangrijke elementen in het grondwettelijk verdrag, waarvan nog steeds niet duidelijk is waar dit kabinet staat. EU is een mengvorm van federale en interstatelijke elementen met vier hoofdrolspelers: Europese Commissie, Europese Raad, Europees Parlement en nationale parlementen. Versterking van de parlementaire positie–op Europees en nationaal niveau- is de aangewezen weg naar een duurzaam perspectief van de EU.

Klimaatverdrag

Over duurzaamheid gesproken: de besluiten die afgelopen weekend zijn genomen over een integrale klimaat- en energiepolitiek onderstrepen het grote belang dat de EU kan hebben om grensoverschrijdende problemen aan te pakken. De politieke kwetsbaarheid van olie-import uit het middenoosten en m.n. de assertieve energiepolitiek van Poetin heeft ongetwijfeld bijgedragen aan een grotere ontvankelijkheid voor de onheilspellende boodschap van Al Gore. Wel een ironie van de geschiedenis dat de echte winnaar van de Amerikaanse presidentsverkiezingen van 2000 een aansprekender alternatief biedt dan de verliezer die denkt met oorlogen de slag om de energiemarkt te winnen. Het ambitieuze EU-plan om de CO2 uitstoot terug te brengen, duurzame en schone energiebronnen te stimuleren en zo de opwarming van de aarde –en de klimaatverandering- een halt toe te roepen verdient alle steun. Maar tegelijkertijd is het niet meer dan een begin: mondiaal en ingrijpender al het moeten zijn, wil het effect sorteren. Het coalitieakkoord sluit qua doelstellingen op het gebied van duurzame energie, vermindering van uitstoot van broeikasgas en energiebesparing overigens aardig aan bij het actieplan van de EU Hoe gaat Nederland deze doelstellingen waarmaken? Vraag blijft natuurlijk waarom Nederland al jaren lang zo achterblijft met bijv. de ontwikkeling van duurzame energiebronnen (vergeleken met bijv. Duitsland en Denemarken) en zich nu blijkbaar wel kan committeren. Wat kan nu ineens, wat eerst niet kon? Kan de gloeilamp nu ineens wel op grote schaal door een spaarlamp worden vervangen? 

Relatie EU en Raad van Europa

Europa is meer dan de EU: Raad van Europa is dé Europese samenwerkingsorganisatie op het gebied van mensenrechten, rechtstaat en democratie. Het rapport van de Luxemburgse premier Juncker heeft de relatie tussen EU en RvE in beeld gebracht en voorstellen ter verbetering gedaan, waarbij samenwerking met inachtneming van de wederzijdse specialismen wordt bepleit. Het met één stem opereren van de EU-landen in het Comité van Ministers staat overigens haaks op het streven naar een evenwichtige relatie. Is het kabinet bereid het voortouw te nemen in het agenderen en uitwerken van voorstellen die vanuit de optiek van wederzijdse gelijkwaardigheid de samenwerking tussen EU en RvE verbeteren?