Leo Platvoet

[ Start ] [ Contact ] [ Sitemap ] [Zoeken]

 

Odyssee Reisgidsen

Monarchie & Republiek 

Herman Gorter

GroenLinks

Een Ander Nederland

Gepubliceerde artikelen

Dualisme

Zuidelijke Kaukasus

Dinsdagboek

Eerste Kamer

Raad van Europa

Emancipatiemachine

Stappen door de Nieuwe Stad

PSP

Reisverslagen

BMC

 

 

De dubbele petten van de Raad van State

 (gepubliceerd in NRC Handelsblad van 12 februari 2007)

Een dag nadat minister Hirsch Ballin de president van het Europese Hof van de Mensenrechten een hoge onderscheiding had omgehangen, kwam de uitspraak van dit Hof inzake de Somalische asielzoeker. De uitspraak, die de Somaliër in het gelijk stelde, was een gevoelige tik voor de Nederlandse regering én de Raad van State, die er fijntjes op werd gewezen te dicht bij het regeringsbeleid te staan, wat o.a. tot uitdrukking komt in het blind varen op de landenrapportages van het ministerie van Buitenlandse Zaken. De uitspraak laat zien hoe onafhankelijk dit Europese Hof opereert. Het Hof is dé parel van de Raad van Europa, de hoeder van mensenrechten, democratie en rechtstaat, waar alle Europese landen, van IJsland tot Azerbeidzjan en van Rusland tot Portugal lid van zijn. Uitgezonderd Wit-Rusland, waar deze drie eenheid met voeten wordt getreden.

 

De uitspraak van het Europese Hof  inzake de Somaliër doet de schijnwerper richten op de Raad van State. Dit Hoge College van Staat verenigt twee functies in zich: adviseur van de regering waar het voorgenomen wetgeving betreft en bestuursrechter. In haar eerste functie oefent de Raad van State zeker invloed uit, maar deze is transparant en controleerbaar. De adviezen zijn immers openbaar en uit de reactie van de regering valt af te lezen of de adviezen al dan niet worden opgevolgd. Anders ligt het bij de functie van bestuursrechter: daar doet de Raad van State bindende uitspraken. Hoewel de Raad van State in haar jongste jaarverslag trots schrijft dat zij de bewaker is van ‘de samenhang en de continuïteit van het staatsbestel, de democratische rechtstaat’ kan tegelijkertijd worden gesteld dat het toch een vreemd figuur is dat adviseur van de wetgever én rechterlijke macht in één college zijn verenigd. Beide taken zijn weliswaar in verschillende ‘afdelingen’ en ‘kamers’ ondergebracht, maar een blik op de personele samenstelling leert dat de afdeling die de regering adviseert over o.a. het vreemdelingenbeleid  een overlap heeft met de kamer de uitspraken doet over het hoger beroep inzake Vreemdelingenzaken. De scheiding der drie machten die de democratische rechtstaat zo siert (wetgeving, bestuur en rechterlijke macht) is bij de Raad van State zoek.

De leden van andere Hoge Colleges van Staat (beide Kamers, de Ombudsman en de Algemene Rekenkamer)  worden (in)direct gekozen, dan wel voorgedragen door de Tweede Kamer. De leden van de Raad van State worden echter aangewezen door de Regering, waarbij het principe van het old-boys-netwerk geldt. Veel oud-politici maken er deel uit, waarbij opvalt dat CDA, D66 en PvdA sterk zijn vertegenwoordigd. Met een hoog gehalte aan voormalige bewindslieden van justitie. Oud-politici van partijen als SP, GroenLinks of ChristenUnie zul je er niet treffen. De Raad van State is derhalve het enige college dat geen enkele democratische legitimatie heeft, wat het sterkst wordt gesymboliseerd door het feit dat het –evenmin gekozen- staatshoofd formeel de voorzitter is. Het poldermodel is bij de Raad van State te enthousiast doorgevoerd. De adviesfunctie is op zich nuttig, maar het gezelschap moet toch echt een betere afspiegeling vormen van de politieke verhoudingen. De rechtsprekende functie moet worden losgekoppeld en onder gebracht worden in een apart, geheel zelfstandig orgaan, dat bestaat uit onafhankelijke rechters. Oud-politici, soms persoonlijk zelf verantwoordelijk voor de wetgeving die wordt gedaagd, horen niet op de stoel van de rechter te zitten.

Leo Platvoet

Eerste Kamerlid GroenLinks en lid van de Parlementaire Assemblee van de Raad van Europa